Financiële onafhankelijkheid van vrouwen in 2023
Als vrouw op eigen benen staan, dat is in Nederland helemaal niet zo vanzelfsprekend. Shocking, maar waar: bijna 44% van alle Nederlandse dames verdient niet genoeg geld om voor zichzelf te kunnen zorgen. Toch is in Nederland veel veranderd sinds de jaren vijftig. Maar hoeveel is er nou daadwerkelijk veranderd? Hoe is het gesteld met financiële onafhankelijkheid van vrouwen en hoe staan we er eigenlijk voor anno nu?
Financiële onafhankelijkheid van vrouwen in 2023
Rondom de financiële onafhankelijkheid van vrouwen is er goed nieuws, en helaas ook slecht nieuws. Nog steeds verdient een groot deel van de vrouwen minder dan minimumloon, het pensioengat is nog steeds een feit en de loonkloof is ook nog aan de orde van de dag. 76% van de vrouwen sterft alleen, want we worden gemiddeld ouder dan mannen. 40% van de stellen gaan uit elkaar, en na een break-up levert een vrouw gemiddeld 25% aan koopkracht in. Werk aan de winkel. Lees hoe we ervoor staan en aan het einde delen we enkele tips wat jij kunt doen als je financieel afhankelijk bent.
Financiële onafhankelijkheid, wat is dat eigenlijk?
Definitie: Iemand is financieel onafhankelijk als zij tenminste 100 procent van het minimumloon verdient. Je ziet ook vaak het begrip ‘economische zelfstandigheid’ langskomen. Om economisch zelfstandig te zijn, moet jouw individuele netto-inkomen uit arbeid of eigen onderneming op of boven de drempelwaarde liggen van de beleidsnorm voor het individuele inkomensminimum (€1080 per maand). Bron: CBS definitie Economisch zelfstandig
De laatste stand betreft de financiële onafhankelijkheid van vrouwen in Nederland, was te lezen in de Emancipatie monitor 2022 van het CBS. In dat rapport stonden onder andere de volgende conclusies:
- In 2021 was 66,3% van alle niet-onderwijsvolgende vrouwen van 15 jaar tot de AOW-leeftijd economisch zelfstandig.
- In 2021 had 77,1% van de niet-onderwijsvolgende vrouwen van 15 tot 65 jaar betaald werk.
Wat ons betreft gaat financiële onafhankelijkheid verder dan financiële zelfstandigheid. Je wil niet alleen deze maand je boodschappen kunnen betalen, maar ook pensioen opbouwen en een goede spaarbuffer creëren. Dat betekent dat je ook lange termijn keuzes en beslissingen kan maken die goed voor je zijn als vrouw.
Goed nieuws?
Goed, laten we beginnen met het goede nieuws: er zijn steeds meer vrouwen aan het werk! En daarmee is ook de financiële onafhankelijkheid van vrouwen gestegen. Het verschil tussen mannen en vrouwen wordt daarmee steeds kleiner. Wel zijn er grote verschillen tussen vrouwen onderling; vrouwen met een lager opleidingsniveau of met een niet-westerse migratieachtergrond delven hierbij helaas het onderspit.
Op de beurs komen er gelukkig steeds meer vrouwen bij. Geld is een complex en gelaagd abstract ding, dat in zoveel aspecten van ons leven een rol speelt. Het versterken van onze financiële positie als vrouw is daarom moeilijk, maar wel heel belangrijk. Voor sommigen van ons is kunnen sparen en beleggen een luxe die weggelegd is voor de bij voorbaat al rijkeren in de samenleving, of wordt het gezien als een veel te gecompliceerde bezigheid waar we nog helemaal niet klaar voor zijn. Dat is natuurlijk onzin, wij vrouwen zijn zelfs betere beleggers dan mannen!
Meer kansen, nog steeds scheve verhoudingen
Op dit moment hebben vrouwen meer toegang tot geld en rijkdom dan ooit tevoren, gezien het feit dat we meer kansen hebben op de werkplek en in de economie dan vrouwen in voorgaande generaties. We spelen een prominentere rol bij het opbouwen van welvaart – en onze economische invloed neemt daarom geleidelijk toe.
En toch, grote levensveranderingen zoals het krijgen van kinderen, een huis kopen of een scheiding hebben doorgaans nog steeds meer financiële gevolgen voor vrouwen als voor mannen. Waar vrouwen bijvoorbeeld vanaf de geboorte van hun eerste kind vaak minder uren (betaald) gaan werken, doen mannen dit doorgaans niet. Zo’n 28 procent van de vrouwen gaat minder werken en 10 procent stopt helemaal met werken. Slechts 8 procent van de mannen stopt na de geboorte met werken of ging minder werken. Jongere generaties schroeven het aantal gewerkte uren minder terug dan voorgaande generaties. Moeilijk om hier wat van te vinden, want het blijft een heel persoonlijke keuze. Toch is het ook bij deze keuze belangrijk om in het achterhoofd te houden wat de lange termijn gevolgen zijn en wat het doet met je financiële onafhankelijkheid.
Deeltijdwerk-land
In 2021 had 67,3% van de vrouwen een baan in deeltijd. Een deel van de vrouwen die een deeltijdbaan hebben zou, onder bepaalde omstandigheden, meer willen werken. Helaas is dat niet altijd mogelijk, bijvoorbeeld vanwege de zorg voor jonge kinderen (96%) en huishouden (86%). Of omdat in de sector waar vrouwen werken deeltijdcontracten de norm zijn (bijvoorbeeld in de zorg), of omdat de werkdruk hoog is. Opvallend en ook zorgelijk is dat het percentage stellen dat werk en zorg gelijk wil verdelen verkleind is (van 44% naar 41%), net als het percentage wat dit uiteindelijk ook zo in de praktijk brengt (van 16% naar 9%)
Anno 2023 is er nog steeds sprake van een zogeheten loonkloof. Dat houdt in dat vrouwen gemiddeld 13% minder per uur verdienen dan mannen. WOMEN Inc. is in 2019 gestart met een nieuwe campagne om de loonkloof op de agenda van werkgevers te zetten (in de tijd van deze campagne was de loonkloof nog 15 procent).
Dames in IT
Het verschil in loon heeft, behalve de lagere arbeidsparticipatie, lange tijd te maken gehad met de aard van de beroepen die vrouwen bekleden. Gelukkig lijkt daar ook een shifting gaande te zijn. Meisjes kiezen tegenwoordig vaker voor een technische opleiding; jongens wat vaker voor de zorg. Dat is terug te zien op de arbeidsmarkt. Het aandeel vrouwen dat werkt in zorg- en welzijnberoepen, dienstverlenende beroepen en bedrijfseconomische en administratieve beroepen is iets gedaald, en hun aandeel in technische beroepen en ICT iets toegenomen. Ook het aandeel vrouwen in de top van het bedrijfsleven, de wetenschap en de rijksoverheid is gegroeid. Toch wordt er nog altijd gesproken van het ‘glazen plafond’ waar vrouwen in hogere functies mee te maken krijgen.
Wat kunnen we als vrouwen nu zelf doen om onze financiële onafhankelijkheid te vergroten?
Dat zijn een aantal dingen:
- Waar mogelijk, meer werken = meer geld verdienen. Nu niet alleen, maar ook voor later. Dat pensioengat, remember!
- Praat met je partner. Als je besluit minder te werken, maar meer tijd te besteden aan huishoudelijke taken, dan staat daar een waarde tegenover. Bespreek hoe jullie samen jouw pensioenopbouw waarborgen, of hoe jullie samen een extra spaarpot voor jou opbouwen.
- Weten wat je waard bent = voorbereid de salarisonderhandelingen ingaan of besluiten gewoon te solliciteren op die ene bestuurlijke functie omdat je weet dat je het kan!
- Op zoek gaan naar een side hustle; ben je goed in zelfgemaakte kaartjes knutselen? Bied ze aan op Etsy. Geef je graag wiskunde bijles? Bied jezelf aan als bijlesdocent. Misschien zijn dit wel extra inkomstenbronnen die je in de avonduren kunt oppakken, en die je helpen een buffer op te bouwen.
- Beleggen, beleggen, beleggen. Can’t stress this enough, ladies! Zorg dat je geld voor je gaat werken. Maak er meer van. Lees hier meer over wat beleggen is en hoe je kunt starten.